## **Cognitive Offloading: AI als externe harde schijf voor ons denken?** Het idee dat technologie ons denken verandert, is niet nieuw. Al eeuwen gebruiken we externe hulpmiddelen – papier, boeken, kladblokken – om onze cognitieve belasting te verlichten. Maar met de opkomst van AI en andere digitale hulpmiddelen heeft *[[Cognitive Offloading boek]]* (het uitbesteden van denkprocessen) een nieuwe dimensie gekregen. Waar ligt de grens tussen ondersteuning en vervanging? En waarom zou het een probleem zijn dat we steeds meer een externe harde schijf voor ons denken hebben? Het antwoord ligt in *[[kennisexpressie]]*—het vermogen om kennis niet alleen te bezitten, maar ook spontaan, zonder externe hulpmiddelen, te gebruiken in gesprekken, discussies en besluitvorming. Hoe meer we ons denken uitbesteden aan technologie, hoe minder we ons in staat voelen om informatie direct en vloeiend te verwoorden. Wat doet dat met onze interacties? ### **Wat zeggen de onderzoeken?** Recent onderzoek heeft geprobeerd grip te krijgen op hoe AI en andere technologieën onze denkprocessen beïnvloeden. Vijf studies geven interessante inzichten, maar laten vooral zien hoe lastig het is om harde causale claims te maken. 1. **AI-gebruik en kritisch denken hangen samen** Mensen die vaker AI gebruiken, rapporteren minder cognitieve inspanning en minder kritisch denken (Lee, 2025; Fan, 2024). Dit betekent niet automatisch dat AI kritisch denken vermindert—het kan ook zijn dat mensen die minder kritisch denken juist vaker AI gebruiken. De richting van het verband blijft onduidelijk, maar de relatie is er wel. 2. **Hogere AI-kwaliteit gaat samen met minder menselijk toezicht** Hoe beter een AI presteert, hoe meer mensen geneigd zijn om deze blindelings te volgen zonder zelf nog kritisch te evalueren (Dell’Acqua, 2022). In een experiment met HR-recruiters leidde een *perfecte* AI tot mindere prestaties dan een *matige* AI, omdat recruiters simpelweg minder moeite deden om beslissingen zelf te controleren. 3. **AI verandert het type denkwerk dat we doen** In plaats van informatie zelf actief te verwerken, besteden mensen met AI meer tijd aan het beoordelen en aanpassen van AI-output (Lee, 2025). Dit verschuift de focus van diep nadenken naar oppervlakkige verificatie—wat niet per se slecht is, maar wel anders. 4. **Fotograferen tijdens lessen beïnvloedt geheugen** Wang et al. (2025) onderzochten of het maken van foto’s tijdens colleges het geheugen van studenten beïnvloedt. Studenten die foto’s namen, scoorden later slechter op geheugentests dan studenten die alleen observeerden. Dit effect werd niet veroorzaakt door *cognitive offloading*—er was geen bewijs dat studenten vertrouwden op hun foto’s als geheugensteun. De verminderde geheugenprestaties kwamen vooral door **verminderde aandacht tijdens het fotograferen**, waardoor de lesstof minder goed werd verwerkt. 5. **Ervaren professionals reageren anders op AI** Interessant genoeg blijken ervaren professionals gevoeliger voor *cognitive offloading* dan beginners. In Dell’Acqua’s (2022) experiment presteerden ervaren recruiters slechter wanneer ze met een zeer nauwkeurige AI werkten, terwijl ze juist beter werden wanneer ze met een minder betrouwbare AI werkten. Dit suggereert dat expertise niet altijd een buffer is tegen overmatige AI-afhankelijkheid—soms leidt het juist tot méér vertrouwen in AI. ### **Geen causale claims, wel duidelijke patronen** Deze onderzoeken laten een consistent patroon zien: **mensen die AI vaker gebruiken, rapporteren minder kritisch denken, en hoe beter een technologie presteert, hoe meer we geneigd zijn om deze te vertrouwen en denkprocessen eraan over te laten**. Wang et al. (2025) tonen bovendien aan dat technologie niet alleen invloed heeft op kritisch denken, maar ook op geheugen—hoewel hier niet *cognitive offloading* de boosdoener is, maar eerder verminderde aandacht. Maar de grotere vraag is: **wat verliezen we als we te veel op externe tools vertrouwen?** Niet alleen ons vermogen om kritisch te denken en te onthouden, maar ook onze *[[kennisexpressie]]*—het vermogen om ideeën direct, zonder hulpmiddelen, te verwoorden en ermee te spelen in gesprekken en discussies. Hoe meer we vertrouwen op AI of foto’s als externe harde schijf voor ons denken, hoe moeilijker het wordt om spontaan en genuanceerd te communiceren zonder dat er een scherm tussen zit. Wat deze studies **niet** aantonen, is een direct causaal effect. Het blijft onduidelijk of AI-gebruik actief kritisch denken vermindert, of dat mensen die minder kritisch denken simpelweg sneller AI inzetten. Wat wél duidelijk is, is dat technologie onze cognitieve strategieën verandert. De manier waarop we beslissingen nemen, hoe we omgaan met informatie en wanneer we kritisch nadenken, wordt beïnvloed door onze perceptie van technologie. Dit roept belangrijke vragen op: Hoe kunnen we AI en andere tools zo ontwerpen dat ze kritisch denken ondersteunen in plaats van vervangen? Hoe zorgen we ervoor dat kennis niet alleen wordt opgeslagen, maar ook vloeiend wordt uitgewisseld tussen mensen? Iets wat ik al eerder besprak met de oproep: [[ontwikkel je kennisexpressie]]! De toekomst van cognitieve autonomie hangt af van hoe we technologie integreren in ons denken. Niet als een vervanger, maar als een versterker van ons vermogen om ideeën vrij te laten stromen.